Cedrus deodara is inheems in de westelijke Himalaya en is daar de Heilige Boom van de Hindoes. Hij wordt bij ons als sierboom aangeplant. De vrij slanke naaldboom kan 60 m hoog worden. Zijn kroon is kegelvormig met een overhangende top. De naalden zijn spits, dun, zacht, buigzaam en meestal lichtgroen, zelden blauw of grijsgroen. De kegels zijn blauwachtig berijpt, later roodbruin.
Breed piramidale conifeer met een hoogte tot circa 8 - 10 meter. Takken licht afhangend. Naalden in bundels, donker blauwgroen. Opstaande kegels in najaar. Jonge aanplant gevoelig voor extreme kou. Zon. Geen kalk.